Van wie is de straat? ‘De auto heeft de samenleving ontwricht’, zeggen actievoerders

Verkeersveiligheid In de jaren zeventig voerde Maartje van Putten met Stop de Kindermoord actie om een einde te maken aan dodelijke verkeersongevallen. Ook nu pleiten initiatieven, zoals een van hoogleraar Marco te Brömmelstroet, voor minder ruimte voor de auto. „Dertig rijden is nog steeds veel te hard.”

IMG_0888
Links kijken. Rechts kijken. Links kijken. En dan pas oversteken. Zo wordt kinderen sinds jaar en dag aangeleerd te voorkomen dat ze worden aangereden. „Belachelijk natuurlijk”, zegt Maartje van Putten, vooral bekend als voormalig lid van het Europees Parlement (PvdA) en als oud-voorzitter van Stop de Kindermoord, een invloedrijke pressiegroep uit de jaren zeventig, inmiddels ter ziele, die actie voerde om een einde te maken aan dodelijke verkeersongevallen met kinderen. Van Putten maakt zich nog altijd grote zorgen over de almacht van de auto; die heeft enorme sociale effecten en leidt tot wat ze beschouwt als een soort pervers maken van aansprakelijkheid: de zwakkere verkeersdeelnemers worden verantwoordelijk gehouden voor het risico op ongevallen met auto’s.
Van Putten: „De auto is de norm. Wereldwijd heeft de samenleving zich aan de auto aangepast. De zwakke partij moet haar gedrag aanpassen en krijgt de schuld na een ongeluk. Mijn kinderen speelden vroeger veel op straat. Maar als tegenwoordig in een woonwijk kinderen een straat op hollen en er komt een auto met een rotgang langs rijden, dan zijn de ouders bij een aanrijding niet alleen slachtoffer, maar worden zij ook schuldig gevonden want zij hadden hun kind maar binnen moeten houden. Dat is van de gekke. Ik herinner me een ongeval in Utrecht waar een kind werd doodgereden door een bus. Het kind had zich losgerukt toen ze met haar moeder overstak. Er was geen zebrapad. Vervolgens hoorde ik geluiden dat die moeder haar kind beter had moeten vasthouden. In plaats van dat we het systeem de schuld geven, geven we de slachtoffers de schuld.”

Categorieën